FAQ

Algemeen

Kan Vinitex mij adviseren over de complete inrichting?
Ja, Vinitex kan u uitstekend informeren en adviseren over de talloze mogelijkheden. U kunt altijd geheel vrijblijvend en kosteloos een afspraak maken met een van onze adviseurs. 

Kan Vinitex de inrichting bedrijfsklaar opleveren?
Ja, dat is een mogelijkheid. De demarcatie kan in overleg afgestemd worden.
Achter in de offerte wordt duidelijk vermeld of het in- of exclusief het aansluiten op de bouwvoeding aangeboden is. Indien Vinitex de E+W voorzieningen aansluit op de bouwvoeding, dan dient derde ervoor te zorgen dat er opvoerpunten voor de benodigde voorzieningen komen op de door Vinitex aangegeven punten. Het leidingwerk dient te eindigen met een stopkraan, waarop aangesloten wordt.

Wat zijn de kleurmogelijkheden?
Vinitex hanteert enkele standaard kleuren welke samengesteld zijn uit verschillende wit, grijs en blauw tinten. Daarnaast zijn er op aanvraag tal van andere mogelijkheden, zodat het meubilair altijd perfect past in het laboratorium.

Is een oogdouche verplicht in een laboratorium?
Overal waar gewerkt word met chemische stoffen, moet een oogspoeldouche worden geplaatst die is aangesloten op de waterleiding.

Is een nooddouche verplicht in een laboratorium?
De agressiviteit van de chemicaliën waarmee wordt gewerkt, bepaalt de tijd die het maximaal mag kosten om de oog- en nooddouche te bereiken. Bij sterke zuren en bijtende stoffen is dat direct naast of binnen een afstand van 3 meter van het gevaar. In andere gevallen moet de nooddouche ten minste binnen 10 seconden en na maximaal 30 meter lopen bereikbaar zijn. Als er kans is op meerdere slachtoffers, moet het aantal nooddouches worden uitgebreid. 

Zuurkasten

Zijn zuurkasten die getest zijn volgens EN 14175 altijd goed?

Nee, een zuurkast die getest is volgens EN 14175 voldoet qua constructie en gebruikte materialen aan de Europese eisen. Daarnaast was de uittrede van vervuilde lucht (en risico daarop) in de testruimte binnen de gestelde eisen. Er zijn echter andere factoren welke (negatieve) invloed op de werking van een zuurkast kunnen hebben. Veiligheid van de laborant kan dan ook enkel gewaarborgd worden indien de zuurkast juist geplaatst, aangesloten en gebruikt wordt.

Enkele tips om een goede werking te bevorderen zijn; 

  • De zuurkast dient niet als opslagplaats voor chemicaliën of apparatuur. Bewaar chemicaliën in de daarvoor bestemde kasten en/of opslagruimte. 
  • Plaats noodzakelijk apparatuur of andere spullen het liefst aan de zijkant en/of op een open verhoging, zodat de afzuigspleet aan de achterkant niet geblokkeerd wordt. 
  • Sluit zoveel mogelijk de deuren (en ramen) in de buurt van de zuurkast. Valse trek kan uittredende lucht veroorzaken.
  • Ook langslopende mensen zorgen voor luchtverstoring in de zuurkast. 
  • Haal geen stromingsschotten weg. 
  • Houd de zuurkast zo leeg mogelijk. Plaats noodzakelijke apparatuur of andere obstakels niet tussen je werk en de afzuigspleten. 
  • Plaatst de zuurkast niet dicht bij een extreme luchtstroom, zoals deuren, ramen en airco. 
  • Houdt het schuifraam van de zuurkast zoveel mogelijk gesloten en maximaal op 500mm + werkblad.

Note: De gevoeligheid voor externe verstoringen (robustness) neemt af met een toenemende luchtsnelheid. 

Wat is containment?

Containment is de mate waarin de zuurkast gevaarlijke stoffen binnenboord houdt. Het is de verhouding tussen de berekende gemiddelde concentratie van het testgas en de gemeten concentratie in het raamvlak. De CF varieert met de afzuigcapaciteit (verdunning testgas).

Hoe bepaal ik de benodigde afzuigcapaciteit voor een zuurkast?

Afhankelijk van werkzaamheden in een zuurkast dient men de benodigde afzuigcapaciteit vast te stellen. De standaard Vinitex zuurkasten zijn getest volgens EN 14175-3. (NPR richtlijn adviseert een minimale containment factor van 2000). De geteste afzuigcapaciteiten kunnen worden gehandhaafd bij zuurkasten voor standaard gebruik.

Factoren die het (inhalatie)risico bij een chemisch experiment bepalen zijn:

  • De hoeveelheid te bewerken stof,
  • De vluchtigheid van de stof onder de gegeven omstandigheden,
  • Betreft het een open of een gesloten bewerking,
  • De giftigheid van de stof,
  • De ontvlambaarheid van een stof.
  • Aan de hand van bovengenoemde factoren kunnen de eisen van de afnemer (sterk) afwijken van de genoemde testresultaten.
  • Daarnaast is het de overweging waard de luchtsnelheid iets te verhogen om zo het risico op externe verstoring te verminderen.

Commissioning

Na de installatie van een zuurkast dient vastgesteld te worden wat de status van de zuurkast is. Dit wordt gedaan tijdens de commissioning. Daarna is het aan te bevelen jaarlijks de werking en staat van de zuurkast te controleren. Hierbij kan het rapport van de commissioning als referentiekader dienen. 

Iedere zuurkast die door Vinitex gemonteerd wordt, ondergaat een commissioning.
Doel van de commissioning is om door vast omschreven beproevingen en rapportage aan te tonen dat de zuurkast correct is geïnstalleerd en te controleren of de zuurkast in de laboratoriumomgeving functioneert en presteert overeenkomstig de resultaten als vastgelegd in de typebeproeving. De ruimte condities (luchtsnelheid, etc.) en het geluidsniveau worden door Vinitex niet gemeten en gerapporteerd.

Periodieke controle

Doel van de periodieke controle is om door vast omschreven beproevingen en rapportage aan te tonen dat de zuurkast nog functioneert en presteert als in de commissioning-proef of in een eerdere periodieke controle is vastgelegd.
Voor bestaande en nieuwe zuurkasten en/of andere afgezogen objecten niet ontworpen of beproefd volgens NEN-EN 14175 wordt aanbevolen gelijke doelstellingen aan te houden voor periodieke controles. In de risico inventarisatie kan het risico ingeschaald worden, waarop de benodigde maatregelen gebaseerd kunnen worden. Het is echter aan te raden de periodieke controle jaarlijks uit te laten voeren.

Waar kan ik de zuurkast(en) het beste plaatsen?

Wij kunnen een aantal praktische aanbevelingen doen voor de plaatsing van zuurkasten in de laboratoriumruimte. Deze aanbevelingen behoren te worden beschouwd en gebruikt als richtlijnen, die bij een juiste toepassing zullen leiden tot een optimaal functioneren van de zuurkast. Afwijken hiervan kan in bepaalde situaties verantwoord zijn.

  • De afstand van de zuurkast tot een looppad of zone behoort ten minste 1000 mm te zijn om een zone voor de zuurkast te verkrijgen waar geen verstoringen ontstaan anders dan door de gebruiker van de zuurkast.
  • De afstand tussen de zuurkast en een tegenover gesitueerde laboratoriumtafel behoort ten minste 1400 mm te zijn. De benodigde afstand bij twee tegenover elkaar gelijktijdig te gebruiken werkplekken moet groter zijn.
  • Een dichte wand (of andere dichte constructie) behoort zich op ten minste 1400 mm van het raamvlak van de zuurkast te bevinden. Deze afstand behoort te worden vergroot tot 2000 mm als er sprake is van grotere luchthoeveelheden bij speciale zuurkasten of bij meer zuurkasten naast elkaar.
  • Een zuurkast mag niet zo worden geplaatst dat de werking nadelig beïnvloed wordt door een andere afzuiginstallatie. De afstand tot een andere tegenover liggende zuurkast, een veiligheidskabinet of de rand van een afzuigkap behoort nauwkeurig te worden onderzocht en behoort ten minste 2000 mm te bedragen. Bij meer zuurkasten naast elkaar kan een nog grotere afstand nodig zijn.
  • De luchtsnelheid veroorzaakt door een inblaasrooster of andere toevoervoorziening voor ventilatielucht mag de werking van de zuurkast niet verstoren.
  • Aanbevolen wordt een minimale plafondhoogte van 3000 mm aan te houden om verstoring door inblaaslucht in de directe omgeving van de zuurkast te minimaliseren. Een plafondhoogte van 2700 mm is het minimum.
  • Een wand of vergelijkbare constructie die zich voor het raamvlak bevindt, kan de werking zuurkast nadelig beïnvloeden. Hiervoor behoort een voldoende grote afstand te worden aangehouden.
  • Een deur in het vlak van de achterwand van de zuurkast behoort zich op ten minste 300 mm te bevinden. Voor een deur in het vlak van de zijwand van de zuurkast bedraagt deze afstand ten minste 1000 mm vanaf het raamvlak. Deze beperking geldt niet voor deuren die uitsluitend als nooduitgang zijn bedoeld

Opslag van chemicaliën

Moet ik alles volgens PGS15 opslaan?
PGS 15 is bedoeld als referentiekader voor vergunningverlening in het kader van de Wet milieubeheer en voor het toezicht op de naleving van arbeidsomstandighedenwet- en regelgeving.

Indien een bestaande opslagvoorziening, alsmede de daarvoor verleende milieuvergunning is gebaseerd op de CPR 15-richtlijnen of de CPR 11-6, kan deze situatie nog steeds als de stand der techniek worden beschouwd.
In de praktijk zal dus een geleidelijke overgang naar PGS 15 ontstaan, omdat vergunningen voor bestaande bedrijven nog gedurende een aantal jaren gebaseerd zullen blijven op de richtlijnen CPR 15-1 t/m 15-3 en CPR 11-6 waarmee, mits afdoende nageleefd, een afdoende veiligheidsniveau is gewaarborgd. 

Aan welke norm moet een brandveilige opslagkast voldoen?
Een brandveilige opslagkast waarvan het eerste gebruik heeft plaatsgevonden na 1 januari 2006 moet aan NEN-EN-14470-1 voldoen. Een brandveilige opslagkast waarvan het eerste gebruik dateert van voor die datum moet ten minste voldoen aan NEN 2678. 

Moet ik de kast aansluiten op een afzuigsysteem?
Kasten waar chemicaliën in opgeslagen worden, dienen goed geventileerd te worden.

Brandveilige opslagkast
Wij adviseren permanente mechanische ventilatie van de veiligheidskast voor de bescherming van de werknemer voor gezondheidsgevaarlijke dampen en voor minimalisering van de schadelijke dampen in de werkomgeving. Bij een gesloten kast moet het inwendige volume van de kast minimaal 10-voudig per uur ververst worden. Bij agressieve en zeer giftige stoffen adviseren wij een 120-voudige verversing per uur.

Zuur/logen kast
Bij zuur/logen kasten wordt een hogere afzuigcapaciteit geadviseerd. Afhankelijk van de opgeslagen stoffen adviseren wij een luchtverversing tussen de 60- en 120-voudig per uur.

Opslagkasten
In deze kasten mogen geen agressieve of giftige stoffen opgeslagen worden. Een minimale mechanische afzuiging is hiervoor voldoende. (10- / 20-voudig)

* Indien er geuroverlast ontstaat is het aan te raden de verversingsgraad te verhogen.

 

Heeft u vragen welke hierboven niet behandeld worden, stuur ons dan een mail met u vraag en wij adviseren u graag!   verkoop@vinitex.nl